Vocasa wil een vaste waarde zijn in de eredivisie. Voorzitter Stephan Haukes van de volleybalclub kijkt terug op de comeback. Over professionalisering, het belang van het verenigingsgevoel en de volgende beproeving in de topliga.
De nieuwe licentie voor de eredivisie is al binnen. Waar de clubleiding van Vocasa vorig jaar alles in een paar weken moest regelen, had de volleybalclub uit Nijmegen nu alle tijd om de zaken op orde te brengen. ,,Ik hoorde van de volleybalbond dat wij één van de twee verenigingen zijn die het voor komend seizoen het beste voor elkaar hebben’’, zegt voorzitter Stephan Haukes (57). ,,Daar kunnen we heel trots op zijn.’’ De eredivisie heeft de volleybalvereniging uit Nijmegen een boost gegeven, stelt hij. ,,We zijn een sterkere club geworden. De tribunes zitten, met 400 toeschouwers, geregeld stampvol. De jeugd mag bij de eredivisiewedstrijden ballen rollen, vinden ze geweldig. Waar veel verenigingen te maken hebben met een terugloop van leden, blijft ons ledenaantal met 400 leden constant. Dat is een mooie winst van het eerste seizoen.’’
Rentree via zijdeur Vocasa keerde afgelopen jaar via een omweg na twintig jaar terug in de eredivisie. De club nam de licentie over van VVP, nadat de formatie uit Ede failliet ging. Vocasa miste in het voorbije seizoen maar net de kampioenspoule in de eredivisie en handhaafde zich daarna eenvoudig via de degradatiepoule.
Twintig jaar geleden degradeerde de Nijmeegse club na twee seizoenen. Een dergelijk scenario wil de leiding bij Vocasa dit keer vermijden. ,,Toen we promoveerden hebben we gezegd: we gaan naar de eredivisie, maar dan willen we ook een blijvertje zijn.’’ Voor Haukes is dit zijn tweede periode als voorzitter van de club. Hij is nu twaalf jaar betrokken bij Vocasa, als voorzitter, trainer en assistent-trainer.
,,In mijn eerste periode als voorzitter, negen jaar terug, deed een kleine groep mensen alles’’, zegt de voormalig oefenmeester. ,,Ik moest nog net niet zelf de netten ophangen. Toen ik drie jaar geleden voor de tweede keer voorzitter werd, heb ik gezegd: zo ga ik het niet meer doen. Nu zijn er veel meer mensen bij betrokken. Alle posten zijn bezet, ik kan me richten op de hoofdlijnen.’’
Professioneler Dit seizoen was handhaving het streven, maar Haukes legt de lat voor komend jaar hoger.
,,We gaan spelen voor de play-offs’’, zegt hij. ,,We hopen voor juni onze selectie rond te hebben, met een aantal nieuwe, ambitieuze spelers. De jonge gasten die we hadden blijven, een aantal oudere spelers stopt. De selectie moet nog aangevuld worden. Ik wil het liefst een karakterspeler bij de groep, die wat extraverter is. Een speler die de ploeg op sleeptouw kan nemen.’’ De club kijkt met een schuin oog naar Papendal, naar het talententeam van de volleybalbond. ,,Die jongens breken lang niet allemaal door. Wij hopen een alternatief te zijn, want die spelers zijn van hoog niveau.’’
Om de play-offs te bereiken, gooit Vocasa het aantal trainingsuren omhoog. Er zal minimaal vier keer per week worden getraind.
Daarnaast krijgen de spelers vaste contracten en denkt de club mee op persoonlijk vlak. ,,We willen spelers helpen op het gebied van huisvesting en het vinden van een studie, en ons sponsornetwerk gebruiken om een baan te regelen. Dat ging voorheen allemaal mondjesmaat, maar wordt nu officieel geregeld.’’ Om een constante waarde te zijn in de eredivisie moet de club professioneler gaan werken. Daarin heeft Vocasa volgens Haukes al een stap gezet. ,,We hebben met Bas Mollevanger een verenigingsmanager aangesteld. Die is een bindende factor tussen alle teams en regelt de organisatorische zaken.’’ Dat levert onder andere al meer vrijwilligers op. ,,Mensen willen sneller aan een project meedoen als ze merken dat alles goed geregeld is.’’ Een speerpunt is de verbinding tussen de eerste teams (mannen én vrouwen) en de rest van de vereniging. ,,Bij ons draait het om meer dan alleen wedstrijden spelen.’’ Zo helpt de jeugd bij wedstrijden van de eerste teams. En geven de topteams clinics en trainingen aan de jeugd. ,,Een speler van het eerste, Colin Zuijdgeest, is trainer van een van onze jeugdteams. Dat soort dingen werken enorm positief voor het verenigingsgevoel.’’
Vocasa: hal in Noord als nieuwe thuisbasis
De verouderde Vocasahal in Neerbosch-Oost vormt met het lage plafond al jaren een probleem voor de volleybalclub. De ‘sporthal plus’ die wordt gebouwd in Nijmegen-Noord en in de zomer van 2021 af moet zijn, zou voor de eredivisionist dé oplossing zijn. Vocasa maakt er geen geheim van een vaste gebruiker van de hal te willen worden.
,,We zijn in gesprek met potentiële gebruikers’’, laat een woordvoerster van de gemeente weten. ,,Doelstelling is dat de sporthal plus voor meerdere sportverenigingen een toekomstbestendige voorziening wordt; wij brenegen de wensen en behoeften van de clubs in kaart.’’
Voorzitter Stephan Haukes van Vocasa ging al met de gemeente om tafel om de aanbevelingen van zijn club uit te spreken. ,,Wij willen het liefst dat de hal onze volledige thuisbasis wordt. We willen een volleybalvereniging zijn voor de top, jeugd en de breedteteams’’, legt hij uit. ,,Het belangrijkste is dat onze teams alle wedstrijden daar spelen. Zo blijft de jeugd betrokken bij de topteams. Die verbinding is voor ons belangrijk. Ons mannenteam traint nu in Cuijk, omdat er anders geen ruimte is. Dat gaat ten koste van het verenigingsgevoel.’’
Vocasa heeft voorstellen gedaan over de grootte van de hal, het plaatsen van uitschuifbare tribunes en de bouw van multifunctionele ruimtes voor vergaderingen en teambijeenkomsten. ,,Dat leidt tot meerkosten, maar kan mogelijk door een architect budgetneutraal worden ingepast’’, zegt de woordvoerster van de gemeente. ,,We willen de gesprekken eind 2019 afronden. Wij gaan ervan uit dat Vocasa één van de gebruikers wordt van de hal.’’ Haukes hoopt eind van het jaar een ‘go’ te krijgen. ,,Nijmegen-Noord is booming met kinderen, als die komen volleyballen zou dat een extra boost geven.’’
De Gelderlander, 4 mei 2019
⇒ gld20190506-Professioneler-met-oog-voor-verenigingsgevoel.pdf