Volleybal, wat moet ik ermee?
Een column van Frits Rits (2)
Toen Fritsje nog echt een Fritsje was, nog klein en onbedorven, wist ik niet wat ik wou. Mijn ouders wisten wél, wat ik moest willen: Fritsje moest op sport. Iedereen in mijn klas zat al op sport. Ik wist één ding zeker: Niet op een teamsport. Ik hou niet van in een team spelen.
Voetbal vind ik weliswaar leuk om naar te kijken, zolang het een EK of een WK is.
Wat ik nou jammer vind aan de sport voetbal is, dat de aanhangers ervan een ontstellend gebrek aan relativeringsvermogen hebben. Wat ik eveneens zo erg aan voetjeknal vind is het feit dat er oeverloos vóór de wedstrijd over de komende match wordt geleuterd en dat in 99 van de honderd potjes het allemaal zwaar tegenvalt en dat de voorspellingen nooit uitkomen.
Volleybal vindt FRITS eigenlijk ook maar niks.
Doorgaans hele intelligente mensen zie je vreselijk hun best doen om de bal niet op de vloer te laten vallen of stuiteren. Daar krijgen ze volgens de regels maar 3 beurten en kansen voor. Vervolgens proberen sommigen de bal knetterhard, irritant fladderend of met een sullig boogballetje op een ongedekt plekje aan de overkant van een immer te hoog hangend netje te krijgen. Om het extra moeilijk te maken hebben ze dat net gespannen, veels te hoog vind ik, daar mag die Mikasa-bal dan overheen. Er onder door mag dan weer niet, want dat staat zo in de regels.
Nu hebben ze bij de volleybal die regels al regelmatig bijgesteld en veranderd.
De ballen moesten zachter! Dat herinnert mij eraan, dat trainer Bollewangen telkens klaagt over te hard opgeblazen ballen. ER mag nu ineens een heleboel: Opslaan achter de hele achterlijn, het ralley point systeem, extra Time Outs, De Libresse bij de vrouwen en de Libero bij de mannen, in het net hangen, het net beroeren met shirt, sportbeha, vlechten, piercings of slordig opgeborgen of losbungelende lichaamsdelen en ga zo maar even door.
Maar de bal onder het net door schuiven mag nog steeds niet.
De scheidsrechter af en toe de waarheid vertellen , mag ook al niet, terwijl dat bij tijd en wijle heel hard nodig is. De meeste referees voelen helaas ‘het spelletje’ niet of nauwelijks aan en maken er soms een potje van.
Je emoties even tonen of de frustraties even de vrije loop laten, na : wéér een arbitrale dwaling, duidelijk zichtbaar knikkebollen van de persoon op de bok (volleybal kan soms zeer slaapverwekkend zijn), na opvallend thuisfluiter gedrag, na opzichtig ‘telkens de verkeerde kant opkijken’ als de bal op de lijn heeft gestuiterd, mag nog steeds niet en wordt bestraft met rode en gele kaarten,
“Ga thuis zelf een potje kaarten” , zou ik die kwistig met kaarten strooiende fluitisten willen toeroepen.
Even storend terzijde: Ik was laatst in een sporthal. Daar las ik bij een kapstok: Alleen voor scheidsrechters. Een grappenmaker had daar een briefje bijgeplakt met de tekst: Jassen mag ook.
Nee volleybal is duidelijk niet mijn sport. Het schijnt ook goed te zijn voor je spieren en je krijgt er conditie (Wat is dat voor iets vaags?) van. Dat is allemaal gelogen, beste schaarse lezers van deze column.
FRITS wordt er alleen maar moe van. Er is nog steeds geen spierbal bij mij te zien en ik krijg er geen conditie van, slechts uitslag met jeuk.
“Ga dan een denksport doen!” zei de te weinig ingewisselde volleyballer Tim Hunker van heren 2 tegen mij.
Bij denksport denk ik direct aan bleke TROUW lezers en intellectuelen met witte hoofden.
Arjanus HiepHoitsma wees me op Yoga. ‘Dat is heel relaxed’. Nou,…. Yoga is verschrikkelijk. Het is zo dun als yoghurt en het moet smaken naar noga. Yoga wordt meestal beoefend door bio-voedsel-liefhebbers en je moet jezelf in de meest gekke standjes positioneren. Mijn nieuwe maîtresse, Jet van de Ballen-Tent, kan dat heel goed en ik pas me daar graag bij aan. Dat begrijpen jullie.
Jaspero Over de Schreef riep:” Basketbal dan?” Daar is FRITS te klein voor. Dikkie Kotsink noemde nog wat vage sporten: Hockey (ik wil niet triest in mijn hakkie-outfit in de kroeg hangen), waterpolo (weten jullie wel wat daar onder water allemaal gebeurt??) zwemmen (ja alleen op vakantie in de zee). Ik kon geen enkele sport vinden, die op mijn lijf geschreven staat.
Laatst ontdekte ik JOGGEN. Het is gratis, heel veel mensen doen het en het is, na seks, de meest bedreven vaardigheid door mensen.
Je conditie verbetert, je gaat er van zweten en na afloop van het joggen voel je je ellendig maar voldaan. Ik liep laatst joggend (Ik kwam Pimmie Brulaap nog tegen, die zachthijgend terugkwam van zijn stamkroeg)) langs een wei door een wazige koe nagestaard. De koe zag ik denken: Waar maken jullie, FRITS EN PIM, jezelf toch weer druk over? Inderdaad , ze had gelijk.
‘Wel alle smesjes nog an toe,’ alweer een column vol geouwe prostituéed !!
Tot lees,
Frits Rits