Jawel, beste bekijkers van deze column, dat hoorden coaches nog wel eens van hun pupillen als ze weer eens genadeloos werden afgeslacht, knullig spelend onderuit waren gegaan, onbesuisd de ballen in het blok en tegen de muur hadden gejast, of na een beschamend foutenfestival de douches al vrij snel aan konden zetten.
Jullie FRITS mocht eens het team van zijn vrouw (zijn 3e inmiddels) Bea Sluitink coachen. Bea speelde destijds voor H.H.H. (Hou Hem Hoog) en dan bedoelden ze niet het rokje of (schaarse mannelijke lezers) het lid, maar de bal.
Nadat ik de huppeltrutjes er tijdens de 2e Time Out bij de stand 0-12 fijntjes op had gewezen dat alle punten van de tegenstander door ons team waren gemaakt!! Te weten: 1 opslag onder het net door, 1 ketser via plafond en tribune uit, 1 snert up door de vingers van de balopgooister geglibberd, 2 maal met bungelende lichaamsdelen (memmen) het net beroerend en 7 smashes rechtstreeks naar het drie velden verder gelegen veld 4. Toen zeurde één van mijn speelsters: ‘Ja maar, we doen toch zeker ons best!’ Het had zomaar een speelster van dames 1 of 2 kunnen zijn.
Jullie begrijpen dat ik na deze dodelijke, ongelooflijke en absoluut misplaatste opmerking verschillende, tegelijkertijd plaatsvindende, reacties vertoonde: 1. Mijn broek zakte spontaan af, en gelukkig dankzij mijn broekriem liep dat nog met een sisser af. 2. Ik hapte naar adem, er schijnt stoom uit mijn oren te zijn waargenomen en ik kon slechts stamelen: ‘Je best doen, is niet goed genoeg!’ De Time Out was toen al drie minuten voorbij. Uiteindelijk, bij de stand 1-25, nadat ik bij mijn positieven was gekomen en met dezelfde basisopstelling de 2e set wilde beginnen, (want je moet als coach je meisjes vertrouwen geven, zo is het toch Karel ??) kon ik nog slechts hees rochelen: “En nu nog een schepje er bovenop, dames”
Even een opmerkinkje er tussendoor, maar evenzo zeer relevant (Wat dat laatste woord ook mag betekenen) Hoe vaak horen wij ,vaak wanhopige, coaches niet roepen: “Kom op ! Zet ‘m op “(Ja wat eigenlijk?) Het zijn eigenlijk nietszeggende kreten. Ze gaan het ene dove oor in en gaan het andere oor met een noodgang uit.
Ik moet eerlijk bekennen en evenzo tot mijn verbazing: Mijn dames luisterden goed.
De ballen werden nóg enthousiaster de hal uit gemept, het net aan flarden geserveerd, fanatiek over de middellijn gesprongen, het publiek op de tribune werd met wegketsende passes aangespoord mee te doen, zelfs de scheidsrechtersstoel werd bij enkele alles-of-niets sprong opslagen nauwkeurig geraakt.
Nee over de inzet van H H H DAMES 8 durfde ik niet meer te klagen.
Ze deden hun best, méér konden ze niet brengen. Zelfs de arbiter deed zijn best ….. Hij riep dat ook tegen mij, nadat ik hem had gewezen op het feit dat de tegenstanders Plakbal United ineens twee speelsters misten, dat ze stiekem onder het net door waren gerold en bij H.H.H. in het veld meespeelden. ‘Ja, ik kan niet alles zien’, zei hij eerst nog grijnzend tegen mij, terwijl hij van zijn jampotdikke brillenglazen het schuim van mijn woede-uitbarsting veegde .
Ik attendeerde de referee terloops, heftig schuddend aan zijn voeten (niet met de bedoeling hem te bedanken) op zijn andere tekortkomingen. Ik zal er een paar benoemen. De zich arbiter noemende man was kleurenblind, vroeg voortdurend waar de korf nu stond, riep na elke opslagserie: ‘Noteer 3 caramboles’ of zoiets en brulde na elke technische mispeer: “Ja, dat mag je op de training ook niet!” De scheids bleef mij meewarig aankijken en antwoordde: “Ik doe toch zeker mijn best…….”.en nadat ik zijn zin afmaakte met de woorden om mijn plezier in het spelletje te vergallen!” mocht ik bij de stand 3-24 in de 4e set de zaal verlaten na eerst een GELE en, na even zoeken in zijn rugzak, een RODE kaart. Ondertussen bleef hij vriendelijk glimlachen tegen de 2e scheids, die de hele wedstrijd de netpaal stond te observeren en waarschijnlijk niet wist, dat de fluit in zijn hand ook gebruikt mocht worden.
Hij leek verdacht veel op de aardige, vermomd als referee, man in Sporthal in Neerbos op een regenachtige zaterdag . Wat die vriendelijke vent bij de paal deed, werd mij als toeschouwer niet helemaal duidelijk. De goede grijsaard blijkbaar ook niet, toen hem gevraagd werd of hij de op de netrand geslagen bal van Plakbal Powderpuffs ook had gezien. De onterecht briesende coach Carolus Knollevanger (Hij had het ook heel vriendelijk kunnen vragen) kreeg als antwoord: “dat hij niet gestoord wilde worden nu hij daar op de bus stond te wachten.”
Jullie FRITS vond het overigens erg sterk van de 2e scheids, dat hij wel zag dat de flesjes van VolGlasja achter de reclameborden behoorden te staan, dat de handdoek op de bank scheef lag en dat een charmant voetje van één van de dames tijdens de Time Out op het lijntje bivakkeerde. Ik dwaal weer eens af, beste lezers en schone lezeressen. Maar het stoort mij geenszins.
Mijn team H H H DAMES 8 kreeg tot overmaat van ramp nog enkele blessures. Nadat ik mijn plek op de lege tribune had gevonden, heb ik een paar minuutjes lang de scheids vanaf de tribune belachelijk proberen te maken. Ik schalde voortdurend iets over de aanschaf van contact lensen. Bea Sluitink, mijn inmiddels ex, informeerde nog naar de blindengeleidehond van de scheids, die hij niet bleek te hebben en die Bea vertwijfeld deed uitroepen: “Blind en nog geen geleidehond ook!” Ik verbaasde me wel over het feit dat de spelleider de zaal uit beende met het wedstrijd formulier in de hand. Ik hoorde hem nog mompelen: “Aan die tweede had ik echt niks en ik deed toch zeker mijn best!”
Dus lieve lezeressen en beste lezers roep nooit “Ik doe ook mijn best.” Want dat is volgens veel coaches véél te weinig. Je moet méér brengen. JE BEST DOEN, IS VOLGENS MIJ NIET GOED GENOEG!
FRITS RITS schrijft tot slot van alwéér een column : DOE JE BEST ! Meer kun je niet doen, ook al is dat altijd te weinig.
Ik heb mijn best weer gedaan,dacht ik zo.
TOT LEES! FRITS RITS